Evaluatie visitaties Omgevingsdiensten: waardevolle inzichten en volgende stappen 

De afgelopen twee jaar zijn alle Omgevingsdiensten gevisiteerd. Dit visitatieproces heeft veel waardevolle inzichten opgeleverd over waar de diensten staan, wat goed gaat en waar kansen liggen voor verdere professionalisering. Tijdens de evaluatiebijeenkomst op 29 januari 2025 blikten betrokkenen vanuit de omgevingsdiensten, het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, Inspectie Leefomgeving en Transport, Interprovinciaal Overleg, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en diverse experts terug op de resultaten en vooruit op de toekomst. 

Waarom visitaties? 

Visitatie is een krachtig middel om de kwaliteit van Omgevingsdiensten te versterken. Het biedt niet alleen een objectieve blik op het functioneren van de diensten, maar stimuleert ook samenwerking, kennisdeling en doorontwikkeling. Belangrijk uitgangspunt is kwalitatieve toetsing door een kritische vriend. 

Kennisdeling komt in ruime mate tot stand bijv. tijdens de zelfevaluatie, interviews en de opvolging van de aanbevelingen. Tijdens de 28 visitaties zijn zo’n 1200 mensen met elkaar in gesprek geweest over vergunningverlening, toezicht en handhaving. Een kwart daarvan betreft bestuurders, ambtelijk opdrachtgevers en ketenpartners. 

Aan het begin van de evaluatiedag gaf Heike Aiello (als professional Appreciative Inquiry coach o.a. verbonden aan de visitaties van de veiligheidsregio’s), een toelichting op de principes van waarderend onderzoek: niet veroordelen of scoren, maar kijken naar kansen en verbeterpotentieel.  

Belangrijkste opbrengsten evaluatie 

De bijeenkomst was bedoeld voor evaluatie van de visitatiemethodiek en het proces. De inhoudelijke uitkomsten van de visitaties zullen worden besproken in de Rode draden rapportage over de gehele visitatiecyclus. Planning is dat deze rapportage eind tweede kwartaal zal worden gepubliceerd. 

Vastgesteld werd dat daar waar bij een aantal diensten eerst ook terughoudendheid en ‘wantrouwen’ was in relatie tot openbaarheid, men nu juist de duidelijke meerwaarde ziet en het instrument volop heeft omarmd. Daarnaast werd opgemerkt dat de visitatie aanpak en de scherpte in de rapporten gaandeweg zijn verbeterd. 

Uit de evaluatie kwamen meerdere lessen naar voren: 

Focus op kansen in plaats van problemen – De nadruk lag op het benoemen van verbeterpunten. Door in visitaties het gedachtengoed van waarderend onderzoek toe te passen kan de visitatie helpen om juist ‘op punten waar energie zit’ ontwikkelstappen te zetten (mate van volwassenheid). 

Samenwerking met bestuurders en partners – Bestuurders en van ketenpartners meer betrekken bij de zelfevaluatie en interviews rond eigenaarschap en versterking van de samenwerking.  

Focus op maatschappelijke opgave – In de volgende visitatiecyclus de aandacht richten op de bijdrage die omgevingsdiensten leveren aan de verbetering van de veiligheid, gezondheid en duurzaamheid van de fysieke leefomgeving.  

Bijdragen van de sprekers 

Na de presentatie van Heike Aiello deelden verschillende sprekers hun perspectief op de visitaties:

  • Judith Elsinghorst (Ministerie van IenW) benadrukte hoe waardevol de visitaties zijn voor het versterken van het VTH-stelsel. Ze pleitte ervoor om hier structureel mee door te gaan. 
  • Henrice Wittenhorst (Omgevingsdienst NL) onderstreepte het belang van professionalisering en samenwerking van de diensten. Ze ziet visitatie is een goed instrument en wil goede praktijkvoorbeelden meenemen in de strategische agenda van Omgevingsdienst NL. 
  • Frank Piepers (Omgevingsdienst Zuid-Oost Brabant) en André Mutter (Omgevingsdienst Midden Holland) deelden hun ervaringen met het visitatieproces. Ze benadrukten het belang van transparantie en durven leren, ook van kritische rapporten. 
  • Ruud Stassen en Ronald Stevens (INK) riepen op tot meer focus op strategische ontwikkeling en de rol van Omgevingsdiensten in maatschappelijke vraagstukken. 
  • Pieter-Jan van Zanten (Kadaster) en Marc du Maine (RWS/IenW) presenteerden de activiteiten van het National Peer Review Initiative (NPRI) van de Europese Unie en vertelden hoe NPRI deelnemers uit andere EU-landen de visitaties van Omgevingsdienst NL zien als good practice. 
  • Winnie Sorgdrager benadrukte dat het proces van visitatie moet doorgaan. Ze vraagt aandacht voor het eigen initiatief van de diensten in het bestuurlijk-ambtelijk samenspel en voor het bevragen van bestuurders. 

Vervolg 

Op basis van de evaluatie wordt de visitatiemethodiek samen met experts doorontwikkeld. Daarbij hoort ook het herzien van het inhoudelijk toetsingskader, op basis van de uitkomsten van de Rode draden rapportage. Ook verdient de opvolging aandacht, door te kijken hoe de omgevingsdiensten in gezamenlijkheid het proces van leren en verbeteren kunnen borgen. De tweede visitatiecyclus staat gepland voor 2026-28. 

De evaluatie bevestigt dat visitatie een krachtig instrument is om te leren en te verbeteren. Door samen te werken en kennis te delen, kunnen de Omgevingsdiensten zich blijven ontwikkelen als sterke partners in een veilige en duurzame leefomgeving.  

Gerelateerde berichten